Op vrijdag 9 september opende de aartsbisschop, mgr.dr. Joris Vercammen, in Den Haag zowel de Kerkenwinkel “His Gallery” in de Molenstraat als een bijzondere expositie rond het schilderij van Isaac Israëls. Onderstaand de toespraak van de bisschop.
Met het verdwijnen van de buurtwinkel, verdween ook een belangrijke mogelijkheid van ontmoeting tussen mensen die hun wijk en gemeente als leefwereld met elkaar delen. De buurtwinkel was een trefpunt waar je je verhaal ook kwijt kon, want veel meer dan het economische, had het menselijke en het relationele er de voorrang.
Vandaag staan we ook hier in wat ooit een winkel is geweest. Wat de afmetingen betreft, kan het best voor een buurtwinkeltje doorgaan. Met enige fantasie zie je rekken aan de muur, volgestouwd met allemaal nuttige en minder nuttige dingen die een mens dagelijks denkt nodig te hebben. En zo een grote toonbank, met grote bokalen vol drop, enzovoorts…
In plaats daarvan kunnen we vandaag kunstwerken bewonderen, en in plaats van een toonbank staat er een tafel in het midden…de winkel is ontdaan van zijn economische aspect, en – zo zou je kunnen stellen – teruggebracht tot die ene cruciale functie van de ontmoeting.
Ontmoeting vindt hier plaats.
Als eerste ontmoeting tussen de werken van twee kunstenaars. Het werk van de grote Isaac Israëls dat in de kerk wordt tentoongesteld en dat van de bewogen Ike de Jong, hier in His Gallery. Tussen de geboorte van de werken van beiden ligt een tijdspanne van 130 jaar en grote afstand in religieuze bewogenheid. Israëls is gefascineerd door het spel van het licht en liturgie in de sublieme ruimte van de prachtige schuilkerk die hier achter ligt. We weten niet wat Isaac Israëls ervaren heeft bij het maken van dit ietwat intieme schilderij, maar het tafereel dat hij schildert inspireert in elk geval tot gelovige beschouwing. Midden in de winter toont de kerk nog eenmaal het kind van kerstmis als het licht van een ster die elke nacht verlichten zal. Dit licht markeert het einde van een verlengde kersttijd die reikt tot bij de wakende wijze man Simeon, die geleerd heeft dat het leven ‘verwachten’ is.
Van Ike de Jong weten we wel dat haar geloof een rol speelt bij het tot stand komen van haar kunstwerken. Misschien mag ik wel zeggen dat het geloof én de kunst van Ike tot leven komt vanuit eenzelfde ‘verwachting’ als die van Simeon of Hanna, die grote gelovigen. Ike ziet de sporen van het leven op mensen, ze luistert naar hun verhalen en merkt hoe die verhalen sporen hebben achtergelaten in lichamen. Ze neemt dat alles in haar op om het vervolgens in haar beelden op eigen wijze gestalte te geven. Het werkproces is dan ook heel belangrijk. Je ziet de sporen van het maakproces in haar werken. De sporen van de mal waarin ze gevangen zaten, de sporen van de boetseerarbeid. Haar beelden zijn verstilde werken die vastzitten in de cement, ze staan er al en tegelijkertijd zijn ze ook nog in wording….het is duidelijk dat Ike bij haar arbeid ‘in verwachting’ is en dat in wie zich openstelt voor haar beelden ‘verwachting’ ontstaat. De beelden van Ike doen ons uitkijken naar bevrijding, zoals het van de profetes Hannah in het Lucas evangelie wordt gezegd.
De soberheid van haar werk door de consequente materiaalkeuze, zet de nadruk op het maakproces nog meer kracht bij. Je vermoedt iets van een geboorteproces wat nooit zonder volledige overgave en veel arbeid, groot geloof en een maximale openheid op de toekomst, plaatsvinden kan. Geboorte is uitkijken naar een ontmoeting met een wezentje dat je tegelijk reeds vertrouwd en ook zo heel vreemd is.
Zo is ook de ontmoeting met de werken van een kunstenaar. Als je getroffen wordt door een kunstwerk betekent dat het appel op iets in je doet. Het beroert je. Het betekent echter niet dat je het daarom ook al helemaal kent. Een kunstwerk geeft zijn geheim ook niet zomaar prijs. Het is als met een ontmoeting met een ander mens. Het getroffen worden door iemand is slechts het begin van een lange weg van elkaar steeds verder en meer te leren kennen. Ontmoeting is leven van verwachting, verwachting dat je elkaar iets van licht en uitzicht, iets van bevrijding mag geven. Elke ontmoeting is als een ster die aangestoken wordt opdat we niet zouden gaan geloven dat het leven alleen maar nacht zou zijn.
Dat heeft het kunstwerk ook gemeen met de liturgie. Liturgie wil een mens beroeren en ontroeren, als het goed is, maar ook die beroering is maar het begin van een lange weg waarin een mens zich dieper en dieper gaat thuis voelen in een hemels spel waarin we aan elkaar gegeven worden opdat het licht van bevrijding in ons leven en in de wereld zou door kunnen breken.
En daarmee belanden we opnieuw bij Isaac Israëls en in het kerkgebouw dat zich verscholen houdt tussen de woningen van dit stratenblok. Het kerkgebouw zelf heeft iets van de wijsheid van Simeon en Hannah die slechts een leven leiden op de modus van de verwachting…ze doen niet van zichzelf spreken, dringen zich niet op, maar weten onderscheid te maken en zijn bereid zich te committeren aan het licht dat hen wordt aangeboden. Kerkgebouw als ‘verwachtende ruimte’, moederschoot voor nieuw leven dat ontstaat als mensen zich wagen aan de uitnodiging van het evangelie met elkaar op weg te gaan. Luisteren naar elkaars verhalen, respect opbrengen voor de sporen in iemands huis, en samen leren uitkijken naar wat in de wereld gekomen is, om het met de proloog van het Johannes evangelie te zeggen…uitkijken naar ontmoeting met elkaar en daarin met de Eeuwige die mensen aan elkaar heeft toevertrouwd…
En zo komen we terug in deze buurtwinkel, die vandaag opengaat om die uitnodiging van het verscholen kerkgebouw, aan de straat en aan de man en vrouw te brengen. Het is geen handelswaar, het is een aanbod aan de buurt, de stad, de voorbijgangers. Op die wijze wordt in deze winkel opnieuw aan ‘ontmoeting’ gedaan: ontmoeting tussen kerk en wereld, geloof en cultuur. Het is een aanbod, bedoeld als een bijdrage aan de opbouw van deze mooie stad, opdat ook hier de ‘verwachting’ en het ‘uitkijken naar bevrijding’ mensen aan elkaar zou smeden. Kerk als stichter van verbondenheid. We hopen dat we er iets van waar mogen maken.
En dat brengt me weer terug bij een werk van Ike de Jong. De Jacobsladder. Ook dat is een verhaal van ontmoeting en van licht in de nacht. Jacob, de hieltjeslichter, is in een diepe slaap. Hij neemt liever geen verantwoordelijkheid voor zijn onderkruiperige opstelling. Hij wil liever van de wereld verdwijnen. In zijn droom ziet hij een ladder die aarde en hemel verbindt en op die ladder engelen die op en naar gaan. Een en al communicatie dus en bedrijvigheid. Om maar te zeggen dat zelfs als mensen zich aan gemeenheid hebben overgeven ze nog niet verlaten worden door de Eeuwige. De Eeuwige blijft trouw. Deze lezing lezen we bij het feest van de kerkwijding. Het kerkgebouw als een teken van Gods trouw. En ik voeg er aan toe vandaag: deze winkel als een Gods uitgestoken hand!
Een droom van een winkel dus, en een kleine ster voor deze stad!
Foto: Lia Schade van Westrum
Amersfoort, Bisschoppelijk Bureau, 13 september 2011