Mgr. Joris Vercammen geeft zijn verhaal van de assemblee.
Pinksteren in Busan
De Assemblee is gesloten. Voordat de moderator de tiende assemblee officieel afsloot, overhandigde de Orthodoxe Bisschop van Korea, Ambrosius, de Pinkstericoon aan de Koreaanse Raad van Kerken. Als een orthodox een icoon schenkt dan doet hij dat met heel zijn hart. Elke icoon vertelt immers een heilig verhaal. De Pinkstericoon vertelt het verhaal van de geboorte van de kerk. Verschillen worden overwonnen door een liefde die sterker bleek dan de dood. Zo zou je de Pinksterpreek van Petrus in het eerste hoofdstuk van Handelingen kunnen samenvatten. De ervaring van deze assemblee is eigenlijk geen andere. Jonge gedelegeerden vertelden me gisteren hoe ze de assemblee als ‘ontzagwekkend’ ervoeren. Al deze verschillen, al deze complexe vraagstukken, al deze eigen contexten, heel deze diversiteit aan culturen en toch proberen elkaar niet los te laten: dat is een assemblee. En dat is oecumene. Het lukt niet altijd, eigenlijk lukt het maar ‘soms even’, maar je blijft erin blijven geloven en je weigert te wijken voor de hobbels die je (altijd) vindt op de weg van de acceptatie van het anders-zijn van de ander. Daarom is oecumene op de eerste plaats een geloofszaak en niet zozeer een zaak van politiek , en deze assemblee allereerst een spirituele ervaring. Kerk is mogelijk! Pinksteren dus.
Een assemblee is dus vooral een ervaring. Maar er zijn ook concrete vruchten. Die gedijen echter alleen op die ‘geloofsbodem’. Vruchten van deze assemblee zijn bijvoorbeeld: ‘de verklaring over de eenheid’( het zgn. ‘Unity-statement’) of het document over missie en evangelisatie. Het zijn teksten met een lange en ingewikkelde voorgeschiedenis. Die heeft alles te maken heeft met het zoeken naar een gemeenschappelijke taal en gedeeld gedachtegoed. Als je dat beseft, kun je tussen de regels het respect lezen dat heel verschillende christenen voor elkaar proberen op te brengen. Dat alleen al maakt het de moeite waard om met deze teksten te gaan werken in eigen land. Er ligt in deze teksten een hoop besloten en die wil ontdekt worden.
Een assemblee vindt in een bepaalde context plaats en op een bepaald moment in de geschiedenis. Geen naïef onderonsje waar goedkoop aan ‘feeling good geloof’ wordt gedaan. De slotboodschap memoreert de crisis waarin de wereld verkeert: ze is economisch, ecologisch, sociaal en spiritueel. Men spreekt over ‘de duisternis en de schaduw van de dood’ als men denkt aan de vervolgde christenen in het Midden-Oosten, maar ook aan allen die te lijden hebben. De preek tijdens de slotviering was daarvoor illustratief. Father Michael Lapsley uit Zuid-Africa, die beide handen verloor toen hij een bombrief openmaakte, vertelde zijn verhaal over lijden, dood en opstanding. Stilte daalde neer over de vierduizend aanwezigen. Indrukwekkend. Father Michael spreekt helder en indringend over kwetsbaarheid en over niemand uitsluiten, ook de zogenaamde vijand niet, over vergeving en over vrede brengen. Het Woord van het evangelie kan namelijk onmogelijk zijn weg vinden als we die weg niet eerst banen door dat soort van solidariteit en verbondenheid. In dat licht verdwijnt duisternis en verliest schaduwen zijn dreiging. De assemblee bracht deze kwetsbaren ten tonele en presenteerde christenen die zich in de solidariteit gewaagd hebben. Het verhaal van een liefde waarop de krachten van dood geen vat meer hebben. Pinksteren dus, tenminste iets ervan!
Joris Vercammen
Amersfoort, Bisschoppelijk Bureau, 9 november 2013