Met het overlijden van ds Nico ter Linden verliest de Nederlandse theologie een toonaangevende persoonlijkheid die het verstond om theologische en exegetische inzichten breed onder de aandacht te brengen. Zijn werk was er sterk op gericht om de Bijbel voor een breed en gelaagd publiek te ontsluiten: voor kinderen via een kinderbijbel (“Moet je horen”), voor volwassenen via de serie “Het verhaal gaat”, en voor een breed publiek via de uitzendingen “Op verhaal komen in de Wester.” De “Wester” was de Westerkerk in Amsterdam waar hij lang predikant was.
Dat in de net genoemde titels “horen” en “verhaal” voorkomt, is kenmerkend voor het werk van Ter Linden. Hij sloot aan bij inzichten uit de “Amsterdamse School”, een richting in bijbeluitleg en theologie die de kracht van de teksten zélf benadrukte, die herontdekte hoe ze gehoord willen worden en hoe verhalen hun eigen werkelijkheid kunnen scheppen. Ter Linden zette dat voort door verhalen uit Oude en Nieuwe Testament op een aansprekende manier opnieuw te vertellen. Daarbij was hij open over het ontstaan van de teksten, in een boek als Koning op een ezel vertelt hij bijvoorbeeld het verhaal over Jezus zo dat ook de evangelisten zelf aan het woord komen en de lezer mee laten kijken in hun pogen om dit verhaal zo goed, en handig mogelijk te vertellen. Op deze manier was Ter Linden meer dan iemand die een handig trucje bedacht had om de Bijbel weer aan de man te brengen. Hij sloot aan bij de dynamiek van de teksten zelf: bij hun krachtige vertellen, bij hun scheppen van een nieuw perspectief op de werkelijkheid. Zo maakte hij de verhalen op zich toegankelijk én hij herinnerde lezers eraan dat het in de Bijbel om meer gaat dan historische informatie alleen, het gaat vooral om een verhaal dat mensen in beweging brengt.
Ter Linden was daarbij zelf een overtuigd vrijzinnig theoloog, daarin zullen sommige, maar zeker niet alle oud-katholieken hem volgen. Een vruchtbare combinatie van zijn werk en oud-katholieke spiritualiteit ontstaat vooral dan, wanneer je met Ter Linden en met de Bijbel die hem dierbaar was nog één stap verder denkt. De Bijbelse verhalen zijn zo sterk, zo overtuigend en zo waar omdat ze uiteindelijk verwijzen naar een God die mensen opneemt in zijn verhaal, dat alle ellende van de geschiedenis overstijgt en dat “alle verstand te boven gaat”. Een verhaal dat echter is dan alles wat echt gebeurd is.
Tekst: Peter-Ben Smit
Amersfoort, Bisschoppelijk Bureau, 2 februari 2018