Wie erfgoed denkt, kan snel ook “stoffig” denken. Museum Catharijneconvent heeft de afgelopen
tientallen jaren laten zien hoe erfgoed juist kan inspireren. Marieke van Schijndel, directeur van museum Catharijneconvent, heeft dat met de tentoonstelling Fashion for God op uitmuntende wijze gedaan en kreeg daarvoor op 13 oktober de Andreas Rinkelprijs uitgereikt.
De Andreas Rinkelprijs wordt door het Oud-Katholiek Seminarie toegekend aan personen die uitmuntend wetenschappelijk theologisch onderzoek hebben verricht op het gebied van geschiedenis, leer of leven van de Oud-Katholieke kerk of die andere gelijkwaardige prestaties hebben geleverd die voor deze kerk van bijzondere betekenis zijn.
Gebaseerd op het promotie onderzoek van curator Richard de Beer laat ‘Fashion for God’ zien hoe katholieke spiritualiteit de verbinding met cultuur zoekt en hoe verrijkend en inspirerend die verbinding is. Met zulke exposities bereikt het museum echter nog meer dan het laten zien wat voor moois
er allemaal is. Als erfgoedinstelling levert het ook een belangrijke bijdrage aan wetenschappelijk
onderzoek op het vlak van de geschiedenis, leer en leven van de Oud-Katholieke Kerk.
In zijn toespraak noemde jurylid dr. Dick Schoon naast de tentoonstelling Fashion for God ook
het bredere engagement van het museum:
“De prijs die aan u wordt uitgereikt combineert de waardering voor deze inzet van het
Museum voor het wetenschappelijke onderzoek met die al veel langer bestaande inzet voor
het behoud van het religieuze erfgoed, in het bijzonder het oud-katholieke. Het Museum is
onder uw leiding verder uitgebouwd tot hét kenniscentrum over hoe we op een
verantwoorde wijze kunnen en moeten omgaan met dat bedreigde erfgoed en hoe daaraan
bekendheid gegeven kan worden.”
Hiermee kreegt de opening van de tentoonstelling Fashion for God een bijzonder tintje en werd ook
gemarkeerd hoe museum, kerk en theologische wetenschap kunnen samenwerken om dat wat van
waarde was in het verleden ook vandaag tot inspiratie te laten zijn.
Tekst: Peter-Ben Smit
Fotografie: Cindy Bakker