Veelgestelde vragen

Wat is de Oud-Katholieke Kerk?

De Oud-Katholieke Kerk van Nederland is een kleine, zelfbewuste en eigentijdse geloofsgemeenschap die volop in de katholieke traditie staat en tegelijk veel ruimte biedt voor een persoonlijke invulling van het geloof. De Oud-Katholieke Kerk heeft eeuwenoude wortels die teruggaan op de heilige Willibrord, de Ierse monnik die aan het einde van de 7de eeuw naar ons land kwam om het Evangelie te verkondigen. Restanten van de door hem gebouwde kerk zijn nog steeds te vinden onder het Domplein in Utrecht.

Vijfhonderd jaar geleden raakte de kerk verdeeld. Er ontstonden niet alleen verschillende protestantse kerkgemeenschappen, maar er kwam zelfs een scheuring in de katholieke kerk van ons land. Het gedeelte daarvan dat onafhankelijk van Rome raakte zou later de Oud-Katholieke Kerk van Nederland worden genoemd. Je zou het daarom een ‘oer-Hollandse’ kerk kunnen noemen met gelovigen die nuchter zijn, een tikkeltje eigenwijs en kritisch omgaan met autoriteit en gezag. De Oud-Katholieke Kerk heeft zich altijd ingezet voor de oecumene en wil actief bijdragen aan de eenwording van alle christenen. Daarom is de Oud-Katholieke Kerk een gastvrije geloofsgemeenschap, waarin mensen met of zonder kerkelijke achtergrond zich snel thuis voelen. Daarnaast wil de Oud-Katholieke Kerk midden in de wereld van nu staan.

Waar komt die naam vandaan?

De Oud-Katholieke Kerk van Nederland is ontstaan uit een beweging van katholieken die kritisch waren op ontwikkelingen binnen de Rooms-Katholieke Kerk. De paus kreeg steeds meer bevoegdheden om zich te bemoeien met het bestuur in alle delen van de kerk en bindende uitspraken te doen over het geloof, zonder dat hij daarbij andere bisschoppen hoefde te betrekken. Aan het einde van de negentiende eeuw werd de paus zelfs, onder bepaalde omstandigheden, een onfeilbaar leergezag toegekend. Daarmee werd gebroken met de traditie van de (katholieke) kerk in de eerste eeuwen, toen de lokale geloofsgemeenschappen veel zelfstandiger waren en alle bisschoppen op grond van gelijkwaardigheid samen de kerk bestuurden. De Oud-Katholieke Kerk hield vast aan de praktijk van die ‘oude’, ongedeelde kerk, waarin het bisdom zijn bisschop kiest. Oud-katholiek wil dus zeggen: verdergaan in de traditie van de kerk van alle tijden. Dat vertaalt zich in meer democratische kerkstructuren en een minder grote afstand tussen de ‘geestelijkheid’ en de overige gelovigen. De Oud-Katholieke Kerk wil bovendien openstaan voor de ‘tekenen van de tijd’ en aansluiting vinden bij moderne culturele en maatschappelijke ontwikkelingen. De synodes of algemene kerkvergaderingen waar bisschoppen, priesters en leken-gelovigen samen in gesprek gaan over de koers van de kerk, hebben daarbij steeds een zwaarwegende stem.

Wat geloven oud-katholieken?

Binnen de Oud-Katholieke Kerk van Nederland is vanouds veel ruimte voor een eigen invulling van het geloof, vanuit de overtuiging dat de mens zijn persoonlijke relatie met God in en vanuit de gemeenschap van de kerk gestalte geeft. Er bestaat geen vast receptenboek voor hét geloof van dé oud-katholiek. Wij laten ons inspireren door een oud motto: ‘datgene wat overal, altijd en door iedereen is geloofd is waarlijk katholiek’ (Vincentius van Lérins). Het christelijk geloof zoals we dat nu kennen, is na de dood van Jezus niet uit de lucht komen vallen. Het heeft enkele eeuwen aan denken en discussie gekost voordat het vaste contouren kreeg. Bijvoorbeeld rond de vraag wat we nu eigenlijk bedoelen als we Jezus als de Zoon van God belijden, wat God met ons voor heeft en wat onze opdracht in het leven is. De bekendste samenvattingen liggen vast in de uitspraken van de eerste concilies – dat zijn vergaderingen van alle bisschoppen – die nog steeds in vrijwel alle christelijke kerken als de basis van het gedeelde geloof gelden. Na die eerste eeuwen zijn er binnen het christendom helaas conflicten en scheuringen ontstaan. Op sommige punten zijn christenen daardoor (verder) uit elkaar gegroeid, al is er sinds de vorige eeuw ook weer veel toenadering en ook overeenstemming bereikt. De Oud-Katholieke Kerk houdt vast aan het geloof van alle tijden dat kerkmuren overstijgt en door iedereen wordt onderschreven die zich christen noemt. Daarom noemen we onszelf ook katholiek, wat oorspronkelijk ‘universeel’ of ‘algemeen’ betekent.

Hoeveel oud-katholieken zijn er in Nederland?

De Oud-Katholieke Kerk van Nederland telt ruim vijfduizend leden. Sommigen zijn oud-katholiek ‘van huis uit’ en groeiden op als kind van oud-katholieke (groot)ouders. Een de laatste decennia toenemend aantal oud-katholieken is op latere leeftijd toegetreden, vaak met een andere kerkelijke achtergrond en om zeer uiteenlopende redenen. Die kunnen te maken hebben met de bijzondere positie van de kerk binnen het christelijke landschap, de open houding ten aanzien van geloof en moraal en/of de rijke liturgische traditie. Ook de eigen sfeer van de Oud-Katholieke Kerk als oprechte en kleinschalige geloofsgemeenschap spreekt veel mensen aan. De kerkelijke betrokkenheid van oud-katholieken is relatief groot. Daarin schuilt ook de kracht; binnen oud-katholieke parochies bestaat een sterke onderlinge verbondenheid. Het is een kerk waarin iedereen meetelt en meedoet.

Waar kan je de oud-katholieken vinden?

De Oud-Katholieke Kerk heeft in Nederland zo’n dertig parochies en andere lokale geloofsgemeenschappen. Je vindt ze met name in stedelijke gebieden in de Randstad.

De laatste jaren zijn er ook nieuwe gemeenschappen ontstaan, meestal gevormd door mensen die de Oud-Katholieke Kerk op latere leeftijd hebben ontdekt. De Oud-Katholieke Kerk maakt sinds 1889 deel uit van een Europees netwerk van oud-katholieke kerken, de zogeheten Unie van Utrecht.

Kan ik zomaar een oud-katholieke kerk bezoeken?

Ja, gastvrijheid vinden we als Oud-Katholieke Kerk heel belangrijk. Mede omdat onze lokale geloofsgemeenschappen vaak relatief klein zijn, valt een gast van buiten ook al snel op. Daarom proberen we ervoor te zorgen dat iedereen zich welkom en thuis voelt, zonder opdringerig te zijn. Omdat veel nieuwkomers onze kerkdiensten de eerste keer best ingewikkeld vinden, maken we iedereen graag wegwijs in onze liturgische boeken en gebruiken. Het samen koffiedrinken na iedere kerkdienst zien we als het natuurlijke verlengstuk van de gemeenschap met God en elkaar die we in de kerk hebben gevierd. Geloven mag ook gezellig zijn. Natuurlijk bieden oud-katholieke parochies naast de vieringen op zondag ook andere activiteiten aan, die in de regel voor iedereen toegankelijk zijn.

Mag ik in een oud-katholieke kerk ook de communie ontvangen?

In de meeste oud-katholieke parochies vindt iedere zondagmorgen een eucharistieviering plaats. De eucharistie vormt het hart van onze vierende geloofsgemeenschap, waarvan Jezus Christus zelf de gastheer is. Iedereen die in haar of zijn eigen kerk is toegelaten tot deze Tafel van de Heer is van harte uitgenodigd om zich bij het delen van het brood en de wijn aan te sluiten. Dat is niet verplicht. Wie de communie niet wil of kan ontvangen, staat het vrij om in de kerkbanken te blijven zitten of naar voren te komen met gekruiste armen. De voorganger zal dan een zegen geven. Mensen die niet gewend zijn aan de viering van brood en wijn deel te nemen, bijvoorbeeld omdat zij niet gedoopt zijn, vragen wij om niet aan de communie deel te nemen. Dat is niet uit een gebrek aan gastvrijheid, maar omdat wij geloven dat het ontvangen van de eucharistie samenhangt met het deel uitmaken van de christelijke geloofsgemeenschap.  

Hoe word ik oud-katholiek?

Je hoeft niet meteen formeel toe te treden tot de Oud-Katholieke Kerk van Nederland om deel te kunnen uitmaken van onze vierende gemeenschap. Wij kennen ook ‘gastleden’: mensen die lid zijn van een andere kerk maar (nog) niet willen of kunnen toetreden tot de Oud-Katholieke Kerk. Zij doen in alles mee, maar hebben niet de rechten en plichten van het lidmaatschap, zoals het deel kunnen uitmaken van het parochiebestuur. Bij de meeste mensen die zich bij onze kerk thuis voelen, groeit wel vaak het verlangen om ‘echt’ bij onze geloofsgemeenschap te horen. Na een passende voorbereiding treden zij dan officieel toe tot de Oud-Katholieke Kerk. Hoe dat gebeurt, hangt af van iemands (kerkelijke) achtergrond. Mensen die nog niet gedoopt zijn, worden gedoopt. Mensen die al gedoopt zijn in een andere kerk ontvangen het sacrament van het vormsel of – in een eenvoudig ritueel – een zegen om hen te verwelkomen. Het lidmaatschap van de Oud-Katholieke Kerk is niet verenigbaar met het lid zijn van een andere kerk. Dat vinden wij vanuit oecumenische en theologische overwegingen niet wenselijk.

Waarin verschilt de Oud-Katholieke van de Rooms-Katholieke Kerk?

Wie voor het eerst aanschuift bij een viering van de Oud-Katholieke Kerk van Nederland kan het gevoel krijgen verdwaald te zijn. Het kerkgebouw en de liturgie lijken namelijk heel veel op die van de Rooms-Katholieke Kerk en zullen op sommige punten misschien zelfs klassiek aandoen. Een verschil dat niemand zal ontgaan, is dat je misschien een vrouw als voorganger treft. Binnen de Oud-Katholieke Kerk van Nederland kunnen namelijk sinds 1998 ook vrouwen tot diaken, priester en bisschop worden gewijd. Wie de Oud-Katholieke Kerk beter leert kennen, ontdekt al snel meer verschillen. Onze bisschoppen en priesters hebben vaak een vrouw of man en een gezin. We hechten veel waarde aan ieders persoonlijke gewetensvrijheid, en kennen daarom geen strakke morele richtlijnen op het gebied van seksualiteit, euthanasie en andere ethische kwesties. Je zou ons op die punten progressief kunnen noemen, maar we koesteren tegelijk wel onze tradities, zoals een mooie liturgie en ons rijke culturele erfgoed. Misschien is de beste samenvatting nog wel dat we een veelkleurige geloofsgemeenschap vormen en ons thuis voelen in deze tijd en tegelijk beseffen dat we verbonden zijn met christenen van alle tijden en plaatsen.

Waarin is de Oud-Katholieke Kerk anders dan de protestantse kerken?

Ook voor iemand met een protestantse achtergrond is de onmiskenbaar katholieke liturgie waarschijnlijk het eerste dat opvalt: de opbouw van de kerkdienst, de centrale plek van de eucharistie, de gewaden, het bewegende ritme van zitten, staan en knielen, de vredegroet, de wierook en het geklingel van belletjes. Wie wat meer gewend is aan een katholieke liturgie, vindt vermoedelijk dat de preek verrassend protestants klinkt – al blijven bij ons de pepermuntjes meestal achterwege. Het koffiedrinken na de dienst zal voor iedereen vertrouwd zijn. We hebben priesters – tegenwoordig vaak weer met priesterboordje – en bisschoppen in plaats van predikanten, maar wel weer een synode, waarin ook leken meepraten over het beleid, en een landelijk bestuur met bisschoppen, priesters en leken. Je zult de heilige maagd Maria tegenkomen, ook om een kaarsje bij op te steken, alleen zijn we niet zo van de rozenkransen en bedevaarten. En we zijn een echte landelijke kerk, die internationaal ook zusterkerken heeft. Ons begrip van de wereldkerk is niet een organisatie met één persoon als een paus aan het hoofd, maar een gemeenschap van lokale kerken die op allerlei niveaus, ook wereldwijd, samenkomen. Veel mensen die zich bij ons thuis voelen, zijn blij verrast door onze brede kerk met katholieke en protestantse kenmerken. Ook kenners van de oosters-orthodoxe traditie zien veel overeenkomsten met de Oud-Katholieke Kerk.

Is de Oud-Katholieke Kerk vergelijkbaar met de anglicaanse kerken?

De vergelijking van de Oud-Katholieke Kerk van Nederland met de anglicaanse kerken is heel logisch. Het zijn beide katholieke kerken en kerkengroeperingen die verschillen ten opzichte van de Rooms-Katholieke Kerk en ze zijn anders dan protestantse kerken. Daarom hebben de oud-katholieken en de anglicanen al sinds 1931 een samenwerkingsovereenkomst of full communion. Zij erkennen elkaar als volwaardige kerken, kunnen delen in elkaars sacramenten en kunnen voorgangers uitwisselen. Zo komt het regelmatig voor dat een oud-katholieke priester in een anglicaanse parochie aan de slag gaat en vice versa. Een bijkomend voordeel is dat oud-katholieken in het wereldwijde netwerk van anglicaanse kerken delen en dus daar waar anglicaanse kerken zijn, geen eigen kerken hoeven te stichten.

Is de Oud-Katholieke Kerk progressief of conservatief, orthodox of vrijzinnig?

Het is moeilijk om de Oud-Katholieke Kerk van Nederland in dit soort hokjes in te delen. Je zou het een progressieve of liberale kerk kunnen noemen vanwege de ruimte die er bestaat voor eigen geloofsbelevingen, de openheid voor de cultuur en maatschappelijke opvattingen van deze tijd en het ontbreken van een dogmatische leer of dwingende morele voorschriften. Toch beschouwen oud-katholieken zichzelf als orthodoxe christenen, omdat de nadruk op de eigen verantwoordelijkheid ook tot een soort voorzichtigheid leidt om niet achter elke waan van de dag aan te rennen. Dat zie je eveneens terug in de liturgie die wil aansluiten bij de wijze waarop christenen in alle tijden en op alle plekken zijn samengekomen om hun geloof te vieren, zonder dat dit leidt tot verstarring of regelfetisjisme. Oud-katholieken zijn trots op hun geschiedenis, maar willen voorkomen dat dit uitmondt in een soort heimwee naar een verleden dat er misschien zelfs nooit is geweest.  

Waarom heft de Oud-Katholieke Kerk zich niet op, als ze vindt dat er toch nauwelijks nog verschillen met andere kerken bestaan en het belangrijk is dat de kerken streven naar eenwording?

Dat is een vraag met een terechte paradox. De Oud-Katholieke Kerk van Nederland staat vanouds in de frontlinie van de oecumenische beweging en wordt ook door andere kerken gezien als een belangrijke bruggenbouwer, juist omdat zij zowel katholieke als protestantse kenmerken heeft. In een misschien wat overmoedige bui zien oud-katholieken hun kerk soms als de kerk van de toekomst, doordat zij verschillende tradities samenbrengt én aantoont dat deze ook naast elkaar kunnen bestaan. Juist vanwege die unieke plek in het kerkelijke landschap hechten oud-katholieken aan hun eigen kerkgemeenschap, niet als doel op zichzelf maar als een vermoeden van de kerk zoals die er in de toekomst uit zou kunnen zien. Tegelijkertijd blijft de Oud-Katholieke Kerk zich vanuit het ideaal van de vroege kerk inzetten voor de eenwording van alle christenen. Vanuit Jezus’ universele en verbindende boodschap voor iedereen, ziet zij dat als een evangelische plicht.

Wat vindt de Oud-Katholieke Kerk van de paus?

Al sinds de eerste eeuwen van het christendom heeft de bisschop van Rome daarbinnen een bijzondere plek. Hij wordt immers gezien als de opvolger van de apostel Petrus, die door Jezus werd aangesteld als de leider van de beweging die in Jezus’ voetsporen wilde treden. Petrus vond in Rome de marteldood en werd begraven op de plek waar nu de Sint Pieter staat. In de loop der eeuwen kreeg de paus ook steeds meer wereldlijk gezag en regeerde hij uiteindelijk over een groot deel van het huidige Italië. Dat veranderde in de negentiende eeuw toen er een Italiaanse onafhankelijkheidsbeweging ontstond die de wereldlijke macht van de paus terugdrong. Daarop ontstond een tegenbeweging waardoor de paus binnen de Rooms-Katholieke Kerk meer macht kreeg en als een soort superbisschop begon te functioneren. Aan het einde van de negentiende eeuw bepaalde een vergadering van bisschoppen – het Eerste Vaticaanse Concilie (1870-1871) – dat de paus een onfeilbaar leergezag kon uitoefenen, zelfs zonder instemming van zijn collega-bisschoppen. Daarnaast kreeg hij steeds meer bevoegdheden, zoals voor het benoemen van bisschoppen die voor die tijd door de lokale kerken werden gekozen. Sommigen vonden die ontwikkeling in strijd met de katholieke traditie. Net als in de achttiende eeuw, toen een aantal Nederlandse katholieken zelf een bisschop koos zonder toestemming van Rome, ontstond hierdoor een breuk. De nieuwe (Duitstalige) oud-katholieke kerken die uit dit conflict voortkwamen, erkenden de nieuwe status van de paus als ‘superbisschop’ niet. De betrekkingen tussen deze kerken en het Vaticaan waren daardoor lange tijd ijzig en gespannen. Met name sinds het Tweede Vaticaanse Concilie (1962-1965), waarin de Rooms-Katholieke Kerk op veel terreinen voor modernisering koos, is de relatie sterk verbeterd. Net als bijvoorbeeld de Anglican Communion onderschrijven de oud-katholieke kerken van de Unie van Utrecht dat de bisschop van Rome een bijzondere rol zou kunnen spelen binnen het christendom, zoals ook in de eerste eeuwen van de kerkgeschiedenis het geval was, bijvoorbeeld als voorzitter van een Algemeen Concilie van bisschoppen. Maar niet op de manier zoals die in de negentiende eeuw vorm heeft gekregen.    

Hoe denkt de Oud-Katholieke Kerk over ethische vraagstukken en de rol van het eigen geweten?

In de Oud-Katholieke Kerk van Nederland speelt het persoonlijke geweten een belangrijke rol. Dat betekent niet dat normen en waarden helemaal geen rol van betekenis spelen. Integendeel, wij geloven dat de meeste mensen juist zoeken naar een kompas voor goed en kwaad in hun handelen en het juiste willen doen. Soms vinden ze hiervoor de sleutel in hun eigen hart, soms in gebed en bezinning, in persoonlijke begeleiding door een geestelijke, en/of in de Bijbel of een andere christelijke bron. Wij willen als geloofsgemeenschap bij die zoektocht helpen, maar hebben geen pasklare, dwingende antwoorden voor iedere levenssituatie. Wij geloven dat God ieder mens in staat stelt om met bijstand van de heilige Geest het goede te doen. Dat geldt niet alleen voor zaken in ons eigen leven. Wij geloven dat God ons ook vraagt om gerechtigheid in de praktijk te brengen, door op te komen voor de meest kwetsbaren, onrechtvaardigheid te bestrijden en zorg te dragen voor Gods schepping. Het Koninkrijk van God is geen bouwplan voor later maar vraagt om onze inzet voor een betere wereld in het hier en nu.  

Ik wil graag in een oud-katholieke kerk trouwen maar mijn partner is niet oud-katholiek. Kan dat?

In de Oud-Katholieke Kerk van Nederland komen in principe alle mensen die een burgerlijk huwelijk hebben gesloten in aanmerking voor een kerkelijke inzegening, met als voorwaarde dat tenminste een van beide partners gedoopt is (of bereid om zich te laten dopen). Aan de partner die eventueel niet oud-katholiek is, worden geen ‘kerkelijke’ eisen gesteld (ook niet dat zij of hij gedoopt is). Beide partners moeten zich natuurlijk wel comfortabel voelen bij de kerkelijke en christelijke setting waarin het huwelijk gevierd wordt. Ook spreken beide partners voor God en voor de gemeenschap van de Kerk uit dat zij voor elkaar een teken van liefde en trouw willen zijn. Voorafgaand aan een kerkelijk huwelijk vindt er natuurlijk altijd een gesprek met de pastoor plaats, waarin ook dit soort vragen aan de orde kunnen worden gesteld.

Mogen oud-katholieken ook scheiden?

De Oud-Katholieke Kerk maakt onderscheid tussen het sluiten van een huwelijk en het zegenen daarvan. Twee mensen sluiten hun huwelijk ten overstaan van een ambtenaar van de burgerlijke stand en kunnen dat aldus gesloten huwelijk vervolgens door een priester met een sacramentele zegen laten zegenen. Met dit laatste geven zij aan dat zij hun liefde voor elkaar als een geschenk van God beschouwen en dat zij hun ja-woord ook ten overstaan van God en zijn gemeente uitspreken. In de visie van de Oud-Katholieke Kerk is zo’n sacramenteel gezegend huwelijk in principe onverbrekelijk, waarbij verwezen wordt naar het bijbelcitaat: ‘Wat God verbonden heeft, dat zal de mens niet scheiden.’ (Matteus 19,6). De kerk heeft echter ook oog voor de realiteit waarin de wederzijdse liefde kan bekoelen en de vraag kan opkomen of deze relatie nog steeds als gezegend geldt. Vanuit de overtuiging dat God mensen nooit wil vastpinnen wanneer zij vastlopen of tekortschieten, staat de Oud-Katholieke Kerk mensen na een eerdere echtscheiding toe om de zegen over een nieuw huwelijk te vragen. Die huwelijksinzegening wordt dan voorafgegaan door een pastoraal gesprek waarin ook het falen van het eerdere huwelijk en de zorg voor ex-partners en eventuele kinderen ter sprake komen. Bovendien vraagt de priester die het sacrament bedient hiervoor dispensatie bij de plaatselijke bisschop aan. Zo kunnen mensen in vertrouwen op Gods barmhartigheid het verleden een plaats geven en deze nieuwe stap zetten

Staat het kerkelijk huwelijk in de Oud-Katholieke Kerk ook open voor mensen van gelijk geslacht?

Sinds 2006 erkent de Oud-Katholieke Kerk van Nederland het huwelijk tussen twee partners van gelijk geslacht en kan zo’n huwelijk ook sacramenteel worden gezegend. Daarvóór was het al mogelijk om een geregistreerd partnerschap in de kerk te laten zegenen.

Wij willen ons kind graag dopen maar een van ons beiden is niet kerkelijk. Kan dat?

Wanneer ouders hun kind in de Oud-Katholieke Kerk van Nederland willen laten dopen, zal het altijd zo zijn dat tenminste een van beide ouders ook zelf oud-katholiek is. Het kan gebeuren dat de andere ouder niet is gedoopt. Wel wordt aan beide ouders gevraagd of zij positief staan ten opzichte van een christelijke opvoeding. Deze en andere vragen komen aan de orde in het gesprek dat aan iedere doop voorafgaat.  

Wie mogen er priester worden?

De Oud-Katholieke Kerk van Nederland verwacht van kandidaat-priesters dat zij een adequate (theologische en kerkelijke) opleiding hebben gevolgd maar maakt bij de toelating tot de wijdingen van diaken, priester en bisschop geen onderscheid naar geslacht of levensstaat. De geestelijkheid van de Oud-Katholieke Kerk vormt dan ook een kleurrijk gezelschap, met een heel diverse achtergrond en vertegenwoordigt zo de pluriformiteit van onze samenleving en onze veelkleurige kerk daarbinnen.

Hoe kan ik meer te weten komen over de Oud-Katholieke Kerk?

Het makkelijkste antwoord daarop is een hartelijke uitnodiging om een kerkdienst op zondagmorgen te bezoeken. Op deze website staan alle parochies vermeld. Zij hebben allemaal een eigen website met adresgegevens en de tijd(en) van kerkdiensten en andere activiteiten. Het kan natuurlijk zijn dat iemand eerst wat meer wil weten voordat zij of hij bij een kerk naar binnen stapt. Naast de informatie die op deze website is te vinden, is het altijd mogelijk een gesprek met een pasto(o)r aan te vragen.

Ik heb een pastorale vraag maar ben niet oud-katholiek. Kan ik toch bij een oud-katholieke priester terecht?

Onze pastoors zijn beschikbaar om een afspraak te maken, ongeacht iemands kerkelijke achtergrond. Bij God staat de deur altijd open… zo ook bij ons!