Een klein twintig geestelijken van de kerk genoten van 26 tot en met 29 januari de gastvrijheid van de monniken in de cisterciënzerabdij Maria Toevlucht in Zundert voor hun jaarlijkse retraite. Het ritme van bidden en psalmzingen tijdens de diensten en de persoonlijke momenten van stilte werd onderbroken door conferenties verzorgd door abt Daniël Hombergen. De avonden werden zoals gebruikelijk veelal besteed aan ontspanning en ontmoeting, waarbij het beroemde product van de zusterabdij van Westmalle niet ontbrak.
Van tevoren hadden de deelnemers de gelegenheid gehad om het boekje Ommekeer te bestuderen. Die tekst behelst een preek die Bernardus van Clairvaux (1090-1153) in het jaar 1139 voor studenten in Parijs hield. Met deze preek, die zeer kritische woorden aan het adres van geestelijken (van toen én nu) bevat, wilde hij zijn gehoor terugbrengen bij de concentratie op het goddelijke Woord. Onder de titel “Inkeer, ommekeer en terugkeer. Het herstel van onze geschonden staat in de westerse monastieke traditie met het oog op een vruchtbaar pastoraat” wees abt Daniël ons aan de hand van teksten van eerdere monastieke schrijvers als Dorotheus van Gaza (gestorven ca. 560/580), Aurelius Augustinus ((354-430) en Gregorius de Grote (ca. 540-604) op gemeenschappelijke thema’s, die ook in het werk van Bernardus doorklinken.
In het gesprek dat de retraite afsloot bleek, dat we de wijze lessen van Bernardus niet zonder meer in onze pastorale praktijk kunnen vertalen. Tegelijk ontdekten we dat de inkeer waartoe Bernardus oproept een belangrijk element van pastoraat kan zijn, zowel voor degene die dat professioneel uitoefent als voor degene die begeleid wordt.
Dirk Jan, bisschop van Haarlem.
Amersfoort, Bisschoppelijk Bureau, 01-02-2010